File:Gent, Sint-Baafskathedraal dAllamont B STB 513.jpg

English: Sint-Baafskathedraal, Gent, Oost-Vlaanderen, Belgium. Mausoleum of bishop Eugenius Albertus d'Allamont. Jean Del Cour. White and black marble. 1667-1670. Inv nr 240. . Jean Del Cour. pmrmaeyaert@gmail.com. www.pmrmaeyaert.eu; www.polmayer.com. © Paul M.R. Maeyaert; pmrmaeyaert@gmail.com. Original colour transparency 4x5. . Cultural heritage; Cultural heritage|Monuments|Cathedral; Cultural heritage|Techniques|Sculpture; Europe|Belgium; Europe|Belgium|Oost-Vlaanderen; Europe|Belgium|Oost-Vlaanderen|Gent; Europe|Belgium|Oost-Vlaanderen|Gent|Sint-Baafskathedraal. . Inv 240; PRAALGRAF van Eugenius Albertus d'ALLAMONT door Jean DEL COUR, 1667-1670 ; wit en zwart marmer en verguld brons; ingeschakeld tussen de kolommen O en P.; Mgr. d'Allamont, geboren te Montmedy in 1627. volgens de biografie; van J. Moret, en niet te Brussel in 1609, zoals door en sedert; Hellin wordt geschreven, werd in 1666 negende bisschop van Gent.; Hij overleed te Madrid in 1673. Ongetwijfeld ingevolge familiale en; persoonlijke betrekkingen met de Maasstad, bestelde hij zijn grafmonument; te Luik bij Jean Del Cour. Het kontrakt van 2 november; 1667 voorzag een uitvoeringstermijn van twee en een half jaar : het; monument was inderdaad voltooid in 1670 en werd gevisiteerd; (gekeurd) door de beeldhouwers Gery Picq en Rombout Pauwels; (rekening Fundatie Triest, 1670, fol. 27). Hiermede is de graftombe; precies gedateerd.; Opgericht als laatste van de vier graftomben in het koor, is de inplanting; en kompositie ervan door de andere drie bedongen; meer; bepaald vormt zij de tegenhanger van die van Mgr. van den Bosch,; aan de overkant.; Wellicht omwille van de symmetrie onderging het oorspronkelijk; ontwerp een belangrijke wijziging, hetzij Del Cour zulks uit eigen; beweging voorstelde, hetzij de wijziging hem werd opgelegd. Het; beeld van de bisschop was voorzien als ligbeeld, maar is uitgevoerd; als knielbeeld, evenals dat van Mgr. van den Bosch.; De architektonische omraming bestaat, evenals bij het vorig grafmonument,; uit een zwartmarmeren bekleding der kolommen, waarin; zijdelings een nis is uitgespaard, en een koorafsluiting, tesamen afgedekt; door een horizontale, geprofileerde kroonlijst. De versiering; bestaat uit zes witmarmeren gegroefde pilasters met Corintisch; kapiteel, en verguld bronzen motieven op de fries : akanthusbladvoluten; in het midden, rechts en links een gevleugelde zandloper en; lauwertakken. Volgens het ontwerp waren ook overvloedshoornen; voorzien. De twee witmarmeren paneeltjes met monogram, kroon; en lauwertakken waren niet voorzien. De zwart marmeren sarkofaag; is bijna identisch aan die van de overkant. Op de brede, bewogen; banderol van het basement moest, volgens het kontrakt, het grafschrift; aangebracht worden. Zulks is niet gebeurd.; De knielende prelaat heeft zich als het ware laten ruggesteunen door zijn engelbewaarder (in de linkernis), en richt zich, met pathetisch gebaar, al over de grijnzende kop van de dood (verguld koperen geraamte met wit marmeren draperie, zittend op de sarkofaag) naar de O. L. Vrouw met Jezuskind (in de rechternis). De kromstaf en; mijter, voorzien in het kontrakt, ontbreken. De inschriften, voorzien; in het kontrakt, verduidelijken de onderlinge verhoudingen in de; voorstelling : op de banderol in de hand van de dood : STATUTUM; EST HOMINIBUS SEMEL MORI, AD Heb. Cap. 9, 27 (het is vastgesteld; voor alle mensen dat zij eenmaal zullen sterven). Onder het beeld; van de engel : TU NOS AB HOSTE PROTEGE (bescherm ons tegen de; vijand). Onder het 0. L. Vrouwbeeld : ET HORA MORTIS SUSCIPE; (en steun ons in het uur des doods).; Het antwoord op de bede vindt men op de bekroning, onder de; kartouche met het wapenschild van de bisschop, in diens spreuk :; PATIENS ESTO (wees geduldig), en onder het kruis, dat door twee; engeltjes gehouden wordt : PAREBIT SIGNUM FILY HOMINIS IN COELO.; MAT. C. 24 (verschijnen zal het teken van de mensenzoon in de; hemel).; Op de kroonlijst, nog vier witmarmeren engeltjes : links en rechts; van de kartouche, een engeltje dat een gekroond wapenschild torst,; links gekwartierd Sint-Baafs-Allamont, rechts Evergem. Tegen; de kolommen, een zwartmarmeren piramide, elk met acht kwartieren; van witmarmer, en bekroond door een gevleugeld koperen doodshoofd; ; uiterst links en rechts, een treurend engeltje, leunend op een; zwartmarmeren vaas en met een omgekeerde, uitgedoofde fakkel; in de hand. Verder nog twee koperen kandelaars.; Het grafschrift, dat volgens het kontrakt op de banderol van de; sarkofaag moest komen, werd aangebracht op de achterkant van de; kartouche : EUGENIUS ALBERTUS D'ALLAMONCOTM, ES DE BRANDEVILLE,; TOPARCHA DE MALANDRI, ETC, EX NOBILI CANONICO CATHEDRALIS; LEODIENSIS, CREATUS, RURAEMUNDENSIS PRAESUL V, DEIN VACANTIS; ECCLESIAE SYLVAE DUCENSIS VICARIUS APOSTOLICUS, DEMUM GANDAVENSIS; EPISCOPUS IX, QUIA MORTEM SEMPER PRAE OCULIS HABUIT,; HOC VIVENTI SIBI SEPULCHRUM CONDIDIT. ARTEM ET PRETIUM ADDIDIT,; UT ESSET NON SIBI, SED SUAE ECCLESIAE ORNAMENTUM. DISCE VIATOR,; NE PRAEOCCUPERIS A MORTE, ILLAM SEMPER PRAE OCULIS HABERE. -; Eugeen Albert d'Allamont, graaf van Brandeville, heer van Malandrie,; enz., van adellijke kanunnik van de kathedraal van Luik, benoemd; tot vijfde bisschop van Roermond, daarna tot apostolisch; vicaris van de vacante kerk van 's Hertogenbosch, tenslotte tot; negende bisschop van Gent. Omdat hij de dood altijd voor ogen had,; bouwde hij zich reeds tijdens zijn leven dit graf. Hij omgaf het met; kunst en kostbaarheid opdat het zou zijn, niet voor hem, maar voor; zijn kerk een sieraad. Leer, voorbijganger, om niet door de dood; verrast te worden, hem altijd voor ogen te hebben.; Het signatuur van de kunstenaar, OPVS 10 (ANNI)S DEL COVRb,e vindt; zich juist onder het kussen waarop de prelaat knielt.; Het grillig bewogen, haast dekoratief plooienspel en de direkte expressiviteit; van de bewegingen zijn kenmerkend voor het werk. Het; portret van de bisschop is nochtans weinig geïndividualiseerd.; Dit is het eerste groot werk van J. del Cour, die op het ogenblik; van het kontrakt vermoedelijk zesendertig jaar was, en waarin hij; de types heeft verwezenlijkt die zijn later aeuvre hebben bepaald.; Vermeld in aile gidsen; HELLIN, 50 noteert bij vergissing Pierre Delcourt; KERWN, 105; J. MORET,L'oeuvre d'un artiste wallon d Ga&. La Terre Walonne II (1920) 16-25, 101-107, 173-183( kontrakt, 104-106);R . LESSUISSE, Le sculpteur J. Del Cour, Nivelles 1953; Exposition J. DEL COUR, Hamoir 1958; J. PHILIPPB, Sculpteurs et ornemanistes de l'ancien Pays de Liège. Musée Curtius 1958.; Mijn oprechte dank aan Dr. J. Philippe, Conservator, voor de toelating om de; bozetti van J. DEL COUR in het Curtius Museum te onderzoeken.; Inventaris van het Kunstpatrimonium van Oost-Vlaanderen, V: Sint-Baafskathedraal, Gent; door Dr Elisabeth Dhaenens, 1965. . . Ref: PMa_000906_B_Gent_StB.jpg.